Regelgeving en brevetten
Parapente of paragliding is een onderdeel van de zogenaamde vrije vlucht sporten, waar ook het deltavliegen en het kiten toe behoren.
In België wordt de vrije vlucht geregeld door een nationale federatie: De Belgische Vrije Vlucht Federatie VZW (BVVF). Dit omvat het beheer van vliegplaatsen, erkenning van scholen, brevetten, examens, relaties met de overheid, enzomeer. De federatie organiseert de Belgische Kampioenschappen en vertegenwoordigt België op internationaal vlak. De BVVF is een VZW, geleid door een Beheerraad samengesteld uit vrijwilligers, die democratisch verkozen wordt door de leden van de vereniging.
Er is geen brevet vereist voor de meeste, eenvoudige, vliegsites indien men ter plaatse blijft, dus niet op afstandsvlucht of XC vertrekt. Voor bepaalde sites of in bepaalde landen is het brevet Piloot Parapente vereist. Om afstandsvluchten te mogen doen is het brevet Piloot XC Parapente vereist. Verder bestaat er ook een brevet om duo (tandem) vluchten met passagiers uit te voeren.
De opleiding bij Airsport is erop gericht om deze brevetten te kunnen behalen. Een gedetailleerde beschrijving van deze en andere brevetten is te vinden op de website van de BVVF.
Hieronder alvast een kort overzicht van de Belgische bretten, die ook de basis vormen van onze opleiding.
Het initieel brevet attesteert de eerste oefeningen en vluchten gemaakt in het kader van een erkende school. De validering ervan gebeurt door uw monitor en gaat over de technische en theoretische competenties die u tijdens uw eerste vluchten heeft verworven.
Competenties die je moet beheersen vooraleer je dit brevet kan behalen:
Analyse
- De windrichting en windintensiteit beoordelen
- Inschatten van het terrein
- Systematisch Pre-Flight uitvoeren (SMAVIE)
- De wijzigingen in wind sterkte en intensiteit kunnen beoordelen
- Een goede startplek kiezen
- Topografische herkenningspunten nemen voor de vlucht
- De aerologie kunnen lezen
Mentaal
- De omgeving observeren
- Het materiaal respecteren
- Eigen ervaringen delen
- Rekening houden met veiligheidsregels en veiligheidsprocedures
- Beheersen van schrik bij waarneming van veranderingen van de vlieghoogte
- Inschatten en respecteren van eigen vliegniveau
Materiaalvoorbereiding
- Zich tegen de wind oriënteren
- Lijntjes ontwarren
- Remmen correct in de handen nemen
- Afstellen harnas
- De verschillende lijnen en hun werking kennen
Vleugel voorbereiding
- Keuze van het moment
- Juiste impuls in functie van de condities
- Opzetten van het scherm (front en rug start)
- Hercentreren in de opzetfase
- Temporiseren van het scherm
- Controleren van het scherm
- Scherm gecontroleerd boven het hoofd houden
- Beheersen van rol en pitch
- De voorbereiding veilig kunnen afbreken
- Richting houden
In de lucht
- Bochten inzetten
- Besturing (gewicht, remmen)
- Stuurproblemen oplossen (boven katrol, met de achterste rizers)
- Correct gaan zitten in de lucht
- Comfortabel installeren in zitje
Landen
- PTU, PTS, PT8 kunnen uitvoeren
- Finale correct inzetten
- Finale (snelheid en stabiliteit)
- Uit het harnas komen
- Afronden en landen
Praktijkkader
- De wettelijke verplichtingen kennen (verzekering, toelating)
- De omgeving van de vliegzones respecteren (toegangswegen, privéterreinen, materiaal, buren, andere gebruikers)
- De regels van de vliegplaatsen naleven
- Voorrangsregels toepassen
Theoretische kennis
- Weerkunde: classificatie wolken, verschil tussen wind en bries, aerologische gevaren, verschillende soorten stijgwinden.
- Vliegmechanica: polaire, mechanica van bochten, pendel en rol beweging
- Materiaal: opvouwen, slijtage van materiaal, opdraaien van de remmen, inbouwen van en gebruik van de reserve, radio
- Regelgeving: basis van luchtvaartreglementering. voorrangsregels, VFR (vliegen op zicht) regels
Het Soaring brevet, niveau paars.
Het soaringbrevet valideert uw competenties om aan zee en in laminaire wind te vliegen en al wat dit inhoudt (starten met wind en de evolutie van de windcondities kunnen evalueren).
Het Piloten brevet, niveau blauw.
Het Pilotenbrevet valideert uw competenties om de nodige informatie te zoeken en te analyseren om zonder begeleiding op elke vliegplaats lokaal te kunnen vliegen, met aangepast materiaal en in verschillende weeromstandigheden.
De validering van het praktisch gedeelte gebeurt door uw monitor.
Een multiple choice vragenlijst van 60 vragen, die af te leggen is bij de BVVF, test uw theoretische kennis.
Het brevet van XC piloot, niveau Oker.
Het brevet van XC-Piloot attesteert het zelfstandig kunnen vliegen bij elk type vlucht alsook de voorbereiding van afstandsvluchten met respect voor het luchtruim.
Het praktisch gedeelte komt overeen met de validering van al de competenties in uw pilotenpaspoort (te bekomen bij Airsport of bij de federatie.)
Het theoretisch gedeelte wordt getest met een multiple choice examen over luchtvaartreglementering alsook met een concreet geval van vluchtvoorbereiding in België.